Vertrek laatste ijsbreker uit haven Rotterdam
Vandaag – vrijdag 26 maart om 08.00 uur - is de RPA 20 uit de haven van Rotterdam vertrokken. De reserve-patrouilleboot is verkocht aan aannemer Zijsling en Zonen BV uit Jutrijp, Friesland. Dat bedrijf is inmiddels ook eigenaar van zusterschip RPA 24. Met de verkoop vertrekt de laatste ijsbreker uit de Rotterdamse haven.
De winters zijn niet meer koud genoeg om stevige ijsvorming in de Rotterdamse haven te veroorzaken, zoals voor de oorlog toen over de Maas van zuid naar noord kon worden gelopen. De laatste keren dat de RPA 20 als ijsbreker diende, was in 2012 om de Delfshavense Schie begaanbaar te maken voor de binnenvaart. Dat is te weinig om speciaal daarvoor een schip in puike conditie achter de hand te houden.
De RPA 20 werd gebruikt als ijsbreker omdat het is uitgerust met een versterkt voorsteven. Voor het ijs breken werd het achterschip extra verzwaard met ballastwater, zodat het schip een beetje achterover helde. Daardoor kwam de schroef wat dieper te liggen om schade daaraan te voorkomen en kon het stevige voorsteven wat hoger over het ijs glijden. Het ijs brak wanneer het schip er tegen of overheen voer.
RPA20 is in 1963 gebouwd bij scheepswerf Hendriks in Dodewaard met bouwnummer 548. Het schip is 23,6 meter lang en 6,2 meter breed en in de jaren 90 nog gerenoveerd.
Bij Hendrix is de hele serie in de jaren 60 gebouwd en bestond uit de RPA20, RPA22, RPA23 en RPA24. Alle andere schepen waren niet meer in dienst van het Havenbedrijf.