Rotterdam zet in op waterstof

21 juli 2021
Hoe kunnen wij je helpen?

Hoe de bouw van de allereerste waterstoffabriek Shell Hydrogen Holland I een impuls geeft aan de groene waterstofeconomie in Nederland. Een gesprek met Randolf Weterings van Havenbedrijf Rotterdam en Lijs Groenendaal van Shell.

Randolf Weterings
Randolf Weterings

‘Nog niemand ter wereld heeft dit op deze schaal gedaan’, begint verantwoordelijk manager Lijs Groenendaal van Shell. ‘Overal zijn ideeën in ontwikkeling en ontstaan projecten met waterstof. Maar de omvang en de deadline maken ons project uniek. Hopelijk nemen we begin volgend jaar het finale investeringsbesluit voor de fabriek en kunnen we echt beginnen.’

In het Rotterdamse havengebied is de waterstofontwikkeling de afgelopen twee jaar in een stroomversnelling gekomen, weet Randolf Weterings, manager Elektrificatie en Waterstof bij Havenbedrijf Rotterdam: ‘Waar ik voorheen nog moest vertellen waarom waterstof zo belangrijk is voor decarbonisatie, komen partijen nu naar me toe om met blauwe en groene waterstof aan de slag te gaan. Dat is een heel mooie kanteling.’

Havenbedrijf Rotterdam faciliteert deze ontwikkeling door te investeren in een goede infrastructuur, onder meer door het aanleggen van een waterstofpijplijn, vanaf de Maasvlakte naar Pernis. En later, verder naar Duitsland. Ook heeft het havenbedrijf een stuk terrein aangewezen voor groene waterstofproductie, het conversiepark op de Tweede Maasvlakte

Hoe verklaart u de opmars van waterstof?

Weterings: ‘De Parijse klimaatdoelen beginnen te landen. CO2-neutraliteit krijgt echt waarde. En in dat streven is het verduurzamen van moleculen een cruciale stap. Dat kan via waterstof. Dat accepteren we nu. Ook de voorwaarden voor waterstof worden gunstiger. Landen stellen steeds hogere ambities voor CO2-reductie en binnen Europa heeft bijna elk land een ambitieuze waterstofstrategie. De CO2- emissierechten zijn op dit moment boven de 50 euro per ton uitstoot. Het instrumentarium begint te werken. Dat betekent dat projecten met waterstof geen pilots meer zijn, maar dat de businesscase zich echt gaat vormen. Bedrijven moeten en willen hierop inspelen.’

Wat gaat Shell precies bouwen?

Groenendaal: ‘We zijn vergevorderd, maar we moeten de definitieve keuze voor het ontwerp van de fabriek nog maken, dus dat weten we nog niet tot in detail. Maar het gaat er in ieder geval anders uitzien dan een fabriek zoals je je die voorstelt, met allerlei pijpen en bewegende delen. Het wordt een lage hal, op een ongeveer zes voetbalvelden groot terrein met allerlei elektrolysematerieel. In de fabriek zouden we dagelijks 50 tot 60 ton groene waterstof kunnen produceren. Daar kunnen iedere dag 2.300 waterstofvrachtauto’s op rijden. Voor de productie hebben we groene stroom nodig. Die kunnen we halen uit het elektriciteitsnetwerk en is bij voorkeur afkomstig van ons offshore windpark Hollandse Kust (noord).’

Wat gebeurt er met de groene waterstof?

Groenendaal: ‘Die waterstof zouden we kunnen leiden door een pijpleiding van zo’n 40 kilometer die van de Tweede Maasvlakte naar de raffinaderij in Pernis gaat lopen. Dat is een project waarvan Havenbedrijf Rotterdam en Gasunie momenteel de haalbaarheid onderzoeken. Daarmee zouden we een aantal processen in de raffinaderij deels op CO2-neutrale en dus groene waterstof kunnen laten draaien. Per jaar vervangt dat zo rond de 20.000 ton grijze, van aardgas gemaakte, waterstof. Hierdoor stoot de raffinaderij minder CO2 uit. De pijpleiding krijgt aansluiting op een nationaal waterstofnetwerk en de groene waterstof is uiteindelijk ook te gebruiken voor de mobiliteitssector.’

Wat betekent de bouw van de eerste groene waterstoffabriek van Shell in Rotterdam?

Weterings: ‘Dat is enorm belangrijk. Om te laten zien dat de techniek werkt. En dat het op grote schaal werkt. Als je de eerste bent, weet je dat je tegen regelgeving aanloopt die niet precies past en subsidies niet precies aansluiten. Met zo’n eerste ontwikkeling maakt Shell de weg vrij voor andere ontwikkelingen op het conversiepark. Er zijn er nu al vier in voorbereiding. De fabriek die Shell gaat ontwikkelen, is goed voor 200 MW elektrolysecapaciteit. Dat is een enorme opschaling van de technologie. Maar gezien de ambities op het gebied van waterstof is het eigenlijk nog maar een begin.’

Wat zijn de waterstofambities van Havenbedrijf Rotterdam?

Weterings: ‘Wij willen de waterstofhub van Europa worden, eigenlijk dezelfde positie als die we nu voor olie vervullen. Dus moeten we groot denken. We willen in 2030 een totale productiecapaciteit van 2 tot 2,5 GW realiseren, grotendeels op het conversiepark. En kijkend naar 2050 is onze ambitie om 20 miljoen ton waterstof door onze haven te laten gaan, richting het achterland, naar de gebruikers in Noordwest-Europa. Daarvan zal 10% geproduceerd zijn in Rotterdam, maar 90% komt binnen per schip.’

Hoe werken Shell en Havenbedrijf Rotterdam samen?

Groenendaal: ‘Onze samenwerking met Havenbedrijf Rotterdam en Gasunie is erg belangrijk. Als we kunnen beginnen met bouwen, wordt ook de infrastructuur in het gebied aangelegd, waarvan later ook meer waterstoffabrieken gebruik kunnen maken. Samen ontwikkelen we kennis. Die delen we met elkaar. Zo leren we hoe we op grote schaal groene waterstof kunnen produceren.’

Lijs Groenendaal
Lijs Groenendaal

Weterings: ‘Met de hele keten proberen we al die stapjes te zetten. Zorgen dat er windparken op zee zijn, zorgen dat er waterstoffabrieken komen, zorgen voor waterstoftankstations, een goede infrastructuur, de juiste stimuleringsmaatregelen, het aanjagen van de vraag naar waterstof. Alles tegelijkertijd.’

Interessant werk hebben jullie!

Weterings: ‘Absoluut. Er is geen mooiere omgeving om in te werken dan de waterstofeconomie. Het gaat om zulke grote hoeveelheden. 13% van de energie die Europa nodig heeft, komt nu via Rotterdam. Daarvan is 5% geproduceerd in Rotterdam, waarmee we verantwoordelijk zijn voor 18% van de Nederlandse CO2-uitstoot. We zijn bezig de energievoorziening voor heel Noordwest-Europa te verduurzamen. Die eerste fabriek, dat is gewoon twintig keer een opschaling ten opzichte van de laatste stand der technologie! En er zit nog zo veel aan te komen. Het is gaaf om daarvan onderdeel te zijn.’

Groenendaal: ‘Ja, ook ons project kan rekenen op grote interesse. Ik krijg veel mailtjes van mensen die in de waterstof willen werken. Ook van toeleveranciers en partijen uit de industrie uit de regio die een bijdrage willen leveren aan het project. Ik spreek ook geregeld op evenementen over waterstof. Zelfs mijn kapper is geïnteresseerd en enthousiast. Toen ik me nog met fossiele energie bezighield, was dat wel anders, haha.’